Na de studie: het verhaal van Rossanna

Hoewel Rossanna (26) Italiaanse roots heeft, stond het voor haar niet bij voorbaat vast dat ze Italiaans zou gaan studeren in Leiden. Na haar studie is ze via haar bijbaan bij een tuincentrum in de transportsector uitgekomen. Inmiddels werkt ze als inkoper bij BIS|Econocom.

Studeren wat je leuk vindt

In eerste instantie was Rossanna dus niet van plan om Italiaans te gaan studeren: “Eerst zat ik meer richting rechten en criminologie te zoeken, maar ik merkte toch dat de talen me heel erg liggen. Op de middelbare school had ik alle moderne vreemde talen en dat vond ik echt het leukst. Toen ben ik me ook meer in talenstudies gaan verdiepen, ook met het idee dat ik iets moest gaan studeren wat ik echt leuk vond. Naast dat ik dus Italiaanse roots heb, vind ik de literatuur en cultuur van Italië verreweg het interessantst.”

Studieverblijf in Florence

Gedurende haar opleiding kreeg Rossanna de kans om een tijdje in Italië te verblijven. Dit vond ze het hoogtepunt van haar studietijd. “Tijdens mijn studie kreeg ik voor twee weken een beurs in Florence. Ik had daar vijf ochtenden les en had verder de kans om de stad te ontdekken. We waren daar ook met meerdere studiegenoten tegelijk, dus dat was wel heel leuk. Alles kwam daar samen: wat je studeert en het echte leven.”

Zoektocht op de arbeidsmarkt

Na haar bachelor is Rossanna meteen gaan werken. Ze is echter niet direct bij haar huidige baan beland: “Ik wilde eerst bij mijn bijbaantje bij de Intratuin doorgroeien, omdat alle vaste planten, struiken en bomen daar uit Italië afkomstig zijn. Dat leek me echt tof, maar uiteindelijk bleek dit niet mogelijk. Daarna ben ik verder gaan zoeken en in het transport terechtgekomen. Ik sprak dagelijks Italiaans, maar transport bleek toch niet helemaal mijn ding. Toen heb ik de keuze moeten maken om per se iets met het Italiaans te blijven doen of een andere kant op te gaan. Zodoende ben ik als inkoper terechtgekomen bij BIS|Econocom. We hebben twee leveranciers uit Italië, maar verder heb ik niet veel meer met het Italiaans te maken op mijn werk.”

Voorliefde voor het Italiaans

Dit betekent niet dat Rossanna haar voorliefde voor het Italiaans kwijt is, integendeel: “Ik heb natuurlijk nog steeds mijn Italiaanse familie, daarnaast heb ik nog Italiaanse literatuur staan en vind ik de muziek ook nog steeds heel mooi. Mijn taalvaardigheid is wel achteruitgegaan, maar als ik bijvoorbeeld met mijn neef praat, merk ik dat het houterig begint, maar ik er ook wel snel weer inrol.”

Eén van de grootste vooroordelen over haar studie vindt Rossanna het idee dat je met Italiaans niet veel zou kunnen. “Ook al ben ik nu niet meer dagelijks met het Italiaans bezig, zonder deze studie was ik niet geweest waar ik nu ben.”